Constructieleer

Een houten klomp is daarom geen constructie maar bijvoorbeeld een simpel kruis al wel. Constructieleer is de wetenschap achter het bouwen van constructies, zoals woningen, wolkenkrabbers en bruggen. Constructieleer is een onderdeel van de civiele techniek, werktuigbouwkunde en mechanica. In een bouwwerk is de constructie verder te definiëren als dat deel van een bouwwerk dat verantwoordelijk is voor de stabiliteit van het bouwwerk. Zo ontstaat er de scheiding tussen inbouw en drager. Een kozijn is niet constructief maar een dragende binnenwand dat weer wel. Constructie is ook wiskundig de meetkunde die er gebruikt wordt mogen allemaal met passer en liniaal worden gedaan. Met punten, cirkels en lijnen kunnen samengestelde figuren worden geconstrueerd zoals de om-, in- en aangeschreven cirkels van een willekeurige gegeven driehoek, vierkant, de regelmatige vijfhoek en de regelmatige zeventienhoek. Ook een wiskundig bewijs kan worden geconstrueerd door combinatie van begrippen en stellingen.  Een constructie is een wiskundige theorie, vaak gebaseerd op een combinatie van axioma’s en praktische informatie. In de sociologie en filosofie is een constructie een naar een idee of een stel ideeën samengesteld organisch geheel. Het woord constructie wordt ook wel gebruikt voor de manier waarop in het bedrijfsleven zaken  worden georganiseerd, zoals door buitenlandse concerns of payrolling, om belasting te besparen, financierings- of royalty-vennootschappen, met behulp van Nederlandse houdster-, bijvoorbeeld via een trustkantoor.

Geschiedenis

Een Nederlands constructiebedrijf dat in 1914 werd opgericht te Leiden door de heer Van Egmond en dat heette De N.B. Hollandsche Constructie Werkplaatsen (HCW). Het bedrijf leverde onder andere de staalconstructie en de gevelbekleding voor de door architect Jan Duiker ontworpen Cineac (1934) in de Reguliersbreestraat in Amsterdam, en bouwde in 1937 samen met de Koninklijke Nederlandsche Grofsmederij te Leiden de Rijnburg, een basculebrug over de Nieuwe Rijn.