Dakbedekking

Dakbedekking is eigenlijk een beschermende laag die op een plat of hellend dak wordt aangebracht. Om de daken waterdicht, tochtvrij en sneeuwdicht te maken. De dakbedekking is het beste als het ook niet brandbaar is, bestand tegen atmosferische invloeden, licht van gewicht zijn, alsmede weinig onderhoud vragen en eenvoudig zijn aan te brengen. Bij schuine of hellende daken zijn vorm en kleur van de dakbedekkingselementen van belang want zij bepalen uiteindelijk het esthetisch effect van het gebouw waarop ze zijn aangebracht. Bij platte daken speelt dit geen rol, wanneer de platte daken als terras worden gebruikt, worden er speciale eisen gesteld aan de dakvloer.

Platte daken

Platte daken moeten een geheel waterdichte bedekking hebben. En bij hellende daken moeten de bedekkingselementen afwaterend worden aangebracht zodat er water er makkelijk af kan stromen. Dat betekent dat het water dan er van af moet lopen zonder dat het naar binnen dringt. Het dak is dan eigenlijk in letterlijke zin niet waterdicht. Verder is het ook belangrijk dat de dakbedekking dampdoorlatend is. Is het niet het geval dat het dak dampdoorlatend is dan dient er een constructie te worden gemaakt aan de binnenkant die een damp remmende laag heeft en die moet dan worden aangebracht om te verhinderen dat woonvocht in de constructie dringt en condensatie veroorzaakt.

De meest bekende materialen voor dakbedekking zijn hieronder weergegeven:

- Dakpannen, van gebakken klei of van geperst beton.
- Stro en riet
- Glas
- Kunststof
- Metalen zoals zink, koper, lood, aluminium en ijzer
- Natuurlijke leisteen of gebakken leien voor leien daken
- Hout in de vorm van schaliën voor dak spanen
- Teer, bitumen en asfaltproducten dit wordt ook wel dakleer genoemd.
Het materiaal dat niet meer gebruikt wordt maar nog op veel gebouwen te vinden is, leistenen van asbestcement.

Veelal werd vroeger als dakbedekking gebruikt wat uit de omgeving voorhanden was. In Nederland vond er een verstening plaats in de middeleeuwen in dichtbebouwde omgevingen om het risico op met name stadsbranden te verminderen. Toen werden daken met een bedekking van brandbaar materiaal als riet werden hierbij vervangen door niet brandbare materialen zoals dakpannen.